Geheimhoudingsplicht geschonden? Ontslag op staande voet mogelijk

In een recente zaak was een man, werknemer bij een bedrijf, in gesprek met een nieuwe werkgever. Vlak voordat hij bij zijn huidige werkgever aankondigt de overstap te maken de nieuwe werkgever, een directe concurrent, e-mailt hij de gehele klantenlijst van zijn werkgever, inclusief de bijbehorende afnamecijfers over twee jaar, aan het e-mailadres van zijn echtgenote. De werkgever komt hier achter en ontslaat de man op staande voet.

De rechter overweegt in deze zaak dat de werknemer geen goede verklaring had voor het naar zijn echtgenote e-mailen van de bedrijfsgegevens. De man voerde aan dat dat hij de e-mail had gestuurd omdat hij thuis een printer had en dat de e-amil handig was zo vlak voor de bouwvakvakantie, omdat hij vanuit huis werkte. Bovendien deed hij dit wel vaker. Daarnaast meende hij dat zijn echtgenote geen derde is, zodat de geheimhouding niet zou zijn geschonden.

Oordeel rechter

De rechter gaat niet mee met de man, allereerst omdat vanuit het perspectief van een werkgever de echtgenote als derde wordt beschouwd. Des te meer als het om gevoelige informatie gaat die onder de geheimhoudingsplicht van de werknemer valt. Daarnaast is van belang dat de man doende was over te stappen naar een concurrent. De rechter legt een forse boete op, plus aanvullende verboden om informatie van het bedrijf aan derden te verstrekken.

Oplossing?

Er zijn nogal wisselende rechterlijke uitspraken over de vraag of de werknemer bestanden van de werkgever naar zijn privé e-mailadres mag sturen. Dit kan immers prima passen binnen het normale kader van iemands werkzaamheden.

Om discussies te voorkomen is het opstellen van een intern beleid, bedrijfsregels en/of instructies met betrekking tot privacy, e-mail, internet, sociale media etcetera noodzakelijk om een handvat te bieden aan de werkgever wat betreft het optreden tegen werknemers die bedrijfsinformatie doorsturen buiten het interne netwerk.